Dag 7: Horton Plains National Park

1 maart 2024 - Horton Plains National Park, Sri Lanka

Het waren geen trommels vannacht, maar wel een of ander aggregaat wat ineens aansloeg. Het resoneerde door het hele bed en we dachten even dat onze banden van de tuktuk af werden gestolen. Gelukkig was het na een half uurtje weer uit. Om 6:30 uur waren wij klaar voor vertrek, maar inmiddels bleek er een hekje met ketting voor het pand gezet waar wij nog langs moesten. We zouden als zeer aardige geste nog een sandwich meekrijgen omdat we niet konden ontbijten vanwege ons vroege vertrek. Echter was er eerst nog niemand te bekennen. Kort na de dagelijke check van Ellie kwam de aardige man al aanlopen met, behalve de broodjes, ook nog twee bananen en water. We hadden zelf ook al vier bananen en koekjes mee dus dat was een goed overlevingspakket. Nadat we het hekje zelf gemakkelijk aan de kant gezet hadden en de tuktuk even van het terrein af hadden geduwd zodat niemand meteen wakker werd geschud konden we op weg.

De tocht van ongeveer 25 kilometer zou een uur gaan duren. We hadden het niet kunnen bedenken, maar het was gewoon best fris vanmorgen. Gisteren maakten we nog grapjes toen we enkele locals met een muts op zagen, maar dat was nu bijna geen overbodige luxe. Dus nu toch de trui EN jas gebruikt, die bij het inladen tot nu toe elke keer voelde als een overbodige ballast.

Het begin ging voortvarend. De reden dat we vroeg weg wilden was omdat het uitzichtpunt al rond 10 uur kan betrekken door mist. Voordeel was wel dat het nu vrij rustig was. Echter na een paar bochten dook er meteen weer een walmende bus voor ons op. Gelukkig moest hij vrij snel stoppen waardoor we er omheen konden. Toen we nog twee kilometer moesten rijden zag ik op Maps enkele haarspeldbochten. Het wegdek werd ook steeds slechter en hobbeliger. We rammelden bijna uit onze stoel en de motor brulde het uit! Dit kon echter niet anders dan in de eerste versnelling, want anders zouden we achteruit rollen. Net toen we dachten dat Ellie het zou begeven doemde de poort van de entree van het park op.

Nadat we kaartjes hadden gekocht bleek dat we nog eens twee kilometer over een enorm slechte weg moesten rijden om bij het startpunt te komen. Gelukkig wel zonder hoogteverschil. Eenmaal geparkeerd werd het tijd voor de bekende kleding crisis. Inmiddels was het toch wel wat warmer geworden dus de trainingsbroek kon over de korte broek vandaan en de trui werd toch ook maar achtergelaten. Maar ook al het eten moest mee voor eventuele belagers in de vorm van apen. Ondanks dat we het regenzeil ervoor hadden hoorden we dat ze soms gewoon ruitenwissers en dergelijke van een tuktuk slopen. Overigens geldt dit alleen voor makaken en die leken hier niet te zitten.

Bij de controle bleek dat onze tas erg goed werd gecontroleerd op eventueel meegebracht plastic. Dit wisten we van tevoren, maar ook onze vers gekochte oreo’s in dichte kartonnen verpakking moest eraan geloven. Er bleek nog een plastic verpakking binnen in te zitten. Die mocht erom weg en er lagen ook papieren zakken om eventueel andere dingen in te doen. Prima geregeld op zich. Ze vroegen nog waar we vandaan kwamen en dachten dat we uit Rusland kwamen. Toen we lachend antwoorden dat dit niet het geval was, vertelde hij dat ze een groep Russen verwachten voor vandaag. Wij kwamen gewoon onschuldig uit Nederland hoor.

Vanaf het startpunt kon je een rondje lopen om drie verschillende hoogtepunten te aanschouwen. Twee uitzichtpunten en een waterval. We besloten eerst de uitzichtpunten te doen omdat het nu nog helder leek. Er zat een oudere mevrouw alleen bij het bord. Ze sprak al met een ander slachtoffer, maar benoemde naar ons nog even dat ze Duits was. Leuk voor je, wij gaan lopen! Of nou ja, lopen. We maakten iedere drie meter een stop omdat er dan weer een kledingstuk uit moest of er een slok water gedronken moest worden. Toen alles geïnstalleerd was konden we echt aan de wandeling beginnen.

Er was bijna niemand te bekennen dus je waande je echt even samen. Heerlijk die rust! De route begon door de bomen en al snel moesten we klimmen over grote rotsen. Daarbij was het van belang om goed te kijken waar je liep want een knuffel met de grond was al snel gemaakt bleek later. Af en toe kwamen er een paar tegenliggers voorbij, maar na ongeveer een half uurtje lopen kwamen we aan bij Little Worlds End, het kleinere uitzichtpunt. Het was misschien kleiner, maar niet minder indrukwekkend! Het was helder en je kon kilometers ver kijken. Soms heb je niet eens door dat die groene heuvels bestaan uit allemaal bomen. In het dal zag je zelfs nog een dorpje liggen. Er was helemaal niemand op dat moment, dus het was perfect. Nadat we van het uitzicht hadden genoten liepen we door naar het volgende punt. 

Ook dit stuk ging door het bos heen. Wij liepen weer op topsnelheid en haalden af en toe wat oudere mensen in. Best knap hoe zij de route voor elkaar kregen, want het was niet makkelijk. Op een smal stukje moesten we zelf even half in de bosjes staan en we kregen nog net geen applaus van de tegenliggers. Ze spraken in een taal die we niet thuis konden brengen en er maakte zelfs eentje een buiging. De groep bestond uit behoorlijk wat mensen dus we hebben heel vaak you’re welcome moeten zeggen. Daarna konden we rustig verder, maar ineens hoorden we de bomen ritselen en takken kraken. In ons achterhoofd waren we al een vluchtroute aan het zoeken, want het leek alsof het als een kaartenhuis in zou storten. Toen hoorden we het geluid van een aap en zagen we twee apen van behoorlijk formaat door de bomen slingeren. Deze langoerapen zie je maar weinig dus we hadden volgens mij echt wel een beetje geluk! We konden nog net eentje tussen de bomen zien zitten en daar probeerden we nog even een foto van te maken. Het is half gelukt, maar hij staat erop!

Al half kletsend en half in gedachte verslapte de aandacht. Het was niet meer een egaal oppervlak waar we op liepen en ik ben motorisch niet altijd even handig. Ja hoor, daar ging de meid! Ik verstapte me en mijn enkel klapte raar dubbel. Ik kon de val nog aardig breken, maar mijn knie ontkwam niet aan een schaafwond. Gelukkig kon ik meteen weer lopen en bloedde het niet heel erg. Een beetje spoelen met water en als we in het hotel zijn maar wat Betadine erop. Wie anders dan ik… Gelukkig had ik geen publiek bestaande uit andere wandelaars, op Stefan na natuurlijk. 

Het klapstuk van de dag kwam in zicht: Worlds End. Iets na 9.00 uur kwamen we daar al aan dus dat was een goede timing. Er stonden groepen mensen te kijken naar het uizicht dus dat was even wennen na een tijdje in de rust te hebben gewandeld. Ons ontbijt wachtte nog op ons in de tas, dus die konden we daar mooi even op eten. De menigte trok weer verder en we waren wederom alleen. We hebben nog nooit met zo’n mooi uitzicht een broodje gegeten. De steen waar we op zaten lag gevaarlijk dicht bij de afgrond, maar het was nog verantwoord hoor! Ik ben een dikke bangerd dus mij zal je niet over de richel zien gluren. Als barrière is een stuk prikkeldraad op de grond neergelegd. Alsof dat een persoontje die naar beneden valt tegen zal houden. Later zijn we nog een stukje omhoog gelopen en ook daar was het uitzicht prachtig. Het was nog steeds helder maar inderdaad, rond 10.00 uur begonnen de wolken te komen en werd het uitzicht steeds een beetje minder. 

De volgende halte was een waterval. We liepen door de heuvels, maar wel in de volle zon. Omdat het vroeg was en dus al hoger gelegen gebied is, was dit prima te doen. We haalden de mensen die een half uur geleden alweer vertrokken waren al snel weer in. Er was een black cheek lizard op het pad te zien, maar net toen we een foto wilden maken rende hij de bosjes in. De Australische vrouw die over alles heel enthousiast was vond het nog sneu voor ons. Wij zaten er niet perse mee dus alles was goed. Even later wees een ander lid van de groep naar de bosjes en liet ons nog eentje zien. Die kregen we wel op de foto! 

Het pad was weer behoorlijk klimmen en klauteren. Over grote stenen, door dunne paden en we mochten het aftoppen met een trap. We hoorden het water al kletteren en na een trap naar beneden zagen we de waterval. Er zijn al heel wat gepasseerd in onze vorige reizen, maar het blijft mooi. Het was tijd om koekjes te eten en te staren naar het water. Het heeft echt iets rustgevends. Na een half uurtje werd het weer drukker en vervolgden we onze weg naar het eindpunt. 

We waren de zeven kilometer voorbij en ik had echt geen zin meer. Stefan begon alweer te lachen, want het mopperen was weer begonnen! "Niet nog een trap,” “ik heb het warm” en “wat duurt dit lang” zijn enkele grepen uit het assortiment. Dit helpt mij altijd wel goed om het einde te halen en Stefan hoort het soms al niet eens meer. We liepen nog steeds snel en haalden behoorlijk wat mensen in. Het mopperen hielp, want ineens was daar het eindpunt! Nog een stukje wandelen en dan waren we bij de tuk. Op sommige sites zagen we dat deze hike niet de moeite waard zou zijn, maar dan zijn we het niet mee eens. Het was zeker de moeite waard! 

De weg naar beneden verliep soepeler. Alhoewel, het stuiteren was nog steeds heftig hoor. Eenmaal weer in de bewoonde wereld zagen we de trein nog voorbij komen. Er hingen allerlei benen uit de deuren te bungelen en aan het spoor werden verschillende etenswaren verkocht. Toen we het spoor overstaken, de spoorbomen doen ze hier nog handmatig open en dicht, hoorden we allemaal mensen roepen. CARROT, CARROT en STRAWBERRIES! Het leek wel een remix. Ik ben zo benieuwd hoe die rit zondag gaat zijn, want dan gaan wij ook mee met de trein.

Na een bezoekje aan de supermarkt zijn we naar het hotel gereden. Omdat de wekker nogal vroeg ging, besloten we vanmiddag niks meer te doen. Ik viel in slaap (grootste hobby) en Stefan heeft lekker in de zon gezeten. Straks douchen en dan is het alweer tijd om te eten. Morgen zitten we hier alweer een week en wat vliegt de tijd! Nog anderhalve week te gaan dus geen paniek. 

Foto’s

1 Reactie

  1. Anjo:
    2 maart 2024
    Prachtig verhaal en mooie foto's.

Jouw reactie