Dag 17: Icefields Parkway deel 2

1 juni 2022 - Icefields Parkway, Canada

Vannacht had het geregend en ik (Stefan) bedacht me dat mijn jas en joggingsbroek nog over de buitenspiegel hingen om de rookgeur van het gisteren gemaakte kampvuur eruit te krijgen. Gelukkig zaten we onder de bomen en viel het mee. Het blijft een feestje om de dag midden in de natuur op te starten.

Vandaag voerde de dag ons verder over de Icefields Parkway en al zijn bezienswaardigheden. We wisten dat er op deze route slechts een tankstation zou zitten en hoewel we nog voldoende brandstof hadden om Jasper te bereiken wilden we toch zeker zijn. We stoppen vaak en nemen regelmatig een zijweggetje om iets te bekijken. Ik ken mensen die hun auto zeer goed kennen en op de benzinedampen hortend en stotend vanaf Kimswerd Harlingen bereiken, maar wij spelen liever op extra veilig. Natuurlijk maakt dit tankstation buitensporig misbruik van zijn machtspositie door maar even $2.40 voor een liter benzine te rekenen. Normaal is dit momenteel rond de $1.80. We hebben toch maar even voor $25 dollar getankt. Ons raam werd wel zeer vakkundig schoon gemaakt door de pompbediende, die mijn contante betaling met veel blijdschap aannam.

Toen we van het terrein af wilden rijden zagen we ineens een aantal mensen zeer druk in de weer met camera’s en dergelijke. Het bleek dat vlak bij de uitrit een zwarte beer was gesignaleerd! Dit was natuurlijk een cadeautje, want we waren er al best dichtbij. Gelukkig konden we nog even stoppen op deze plek. Op de openbare weg begonnen ook al mensen af te remmen en deden allemaal een poging om te stoppen. Deze aandacht liet de beer compleet koud en hij zat lekker in de berm de paardenbloemen op te peuzelen. Na even genoten te hebben van deze toch altijd weer bijzondere gewaarwording konden wij voorzichtig langs de beer onze weg vervolgen. Snel weg voordat het echt druk werd.

Onze eerste stop zou de Parker Ridge trail of de Wilcox Pass trail worden. Er is hier zo veel te zien dat je echt selecties moet maken van welke dingen je wilt zien. Met een wandeling ben je namelijk zomaar twee uren verder. Toen we langs de Parker trail kwamen zagen we ontzettend veel sneeuw liggen. Daar kon een streep door met de ervaring van gisteren nog vers in het geheugen. Bij de Wilcox Pass zag het er beter uit. Je kon twee varianten doen: een van bijna vier of een van bijna zeven kilometer. Gezien de tijd besloten we voor de korte variant te gaan. Het eindpunt bestond uit twee rode opastoelen* met een verbluffend uitzicht tot aan het Athabasca gletsjer. Toen we aankwamen waren de stoelen bezet, maar de lunch van deze mensen was op dus konden wij hierna nog even heerlijk op de stoelen in de zon zitten. Er was verder niemand meer. Eindelijk genieten!

Het Athabasca gletsjer heeft een redelijk indrukwekkend opbouw. Je rijdt er namelijk naartoe langs de bordjes tot in welk jaartal het gletsjer op dat punt was. Het begint in 1890 en je kunt helemaal door tot de parkeerplaats. In 2006 lag hier nog massief ijs. De gletsjer trekt zich terug met ongeveer 5 meter per jaar. Het is ergens een trieste gedachte dat zo’n imponerende, kilometers lange ijsmassa zo zichtbaar aan het smelten is. Maar voordat ik terugval in teveel Groenlinks retoriek, laat ik voorop stellen dat het ontzettend mooi gezicht blijft. In Nieuw Zeeland hebben we ook op een gletsjer gelopen, hier in Canada kon je er heel dichtbij komen dus vonden we dat voldoende.

Het nabijgelegen Columbian Icefield Centre is een bombastisch gebouw in deze verder zeer rustieke omgeving. Dit is een verzamelpunt voor alle toeristen die een gletsjerwandeling of de Glacier Skywalk willen doen. Daar kwamen wij later achter, want dat laatste hadden wij eerst ook op het programma. De bussen met toeristen rijden hier af en aan. Dat konden wij al mooi zien van ons eerder genoemde uitzichtpunt op de rode stoel. Het bleek wel de ideale plek om een koffie te scoren, want er zat een Starbucks in gehuisvest. Na wat gehannes van de zeer vriendelijke leerling achter de toonbank over de grootte  van de beker, kon JB de drankjes in ontvangst nemen. Lichtelijk teleurgesteld dat na haar achternaam ook haar voornaam klaarblijkelijk wartaal is voor de lokale bevolking vond Jamie toch troost in haar bakkie troost.

Nu stond de Glacier Skywalk op het menu. Een aangelegde ronding met een glazen vloer boven een afgrond. Voor de mensen met hoogtevrees onder ons dus het equivalent van een nachtmerrie. We hadden de navigatie ingetoetst en het bleek 6 kilometer rijden vanaf het Icefield Centre. We hadden besloten ter plekke te zien of het de, geloof ik, $25 dollar entreegeld waard zou zijn. En ineens kwam het heel dichtbij en reden we er langs. Het leek behoorlijk klein en we vroegen ons af hoe al die mensen er toch kwamen. Totdat we een bordje zagen waarop stond: parkeren 6 km terug. Dat was dus het centre. Het bleek dat je dus via het Columbian Icefield Centre met een shuttlebus naar deze locatie moet rijden. Dat gingen we natuurlijk al helemaal niet doen dus konden we naar de laatste twee bezienswaardigheden van vandaag: twee mooie waterval locaties.

Restte ons vandaag dus nog de Sunwapta Falls en de Athabasca Falls. Bij de Sunwapta kozen we voor een route van 1.5km naar een rustigere tweede waterval, in plaats van het vlakbij de parkeerplaats zijnde, drukkere alternatief. Gelukkig was het sowieso niet druk en nadat we onderweg nog even enthousiast waren toegesproken door een stel medelanders waarvan de vrouw de naam Gerda kreeg (‘hij is echt de moeite waard hoor!’) konden we weer in alle rust genieten van de onwaarschijnlijke kracht van het water. De Athabasca Falls ligt letterlijk aan de weg en was het toetje van vandaag. En eerlijk gezegd het was zo ook wel genoeg. Je ziet zoveel mooie dingen dat je ervoor moet waken wel alles nog optimaal te beleven. 

Het maken van de vuurtjes gaat trouwens steeds sneller. Ondertussen doen we er nog maar een kwartiertje over om het geheel brandend te krijgen. We spelen een beetje vals omdat we het aansteken met papier, maar dan nog! Applaus voor ons.

*Jamie's opa maakte vroeger en bepaalde tuinstoel en die was in vele tuinen te vinden. Het bleek dat de tekening van het ontwerp ook echt uit Canada kwam. 

Foto’s